Adem staat synoniem voor leven. Alles, wat leeft, ademt. In de yogatraditie spreek je van prana. Prana kun je het beste omschrijven als de adem vanuit de kosmos. Het is de energie, die met de adem mee komt, die uiteindelijk wezens laten leven.
Je zou het zelf de "bezieling"van de adem kunnen noemen. Als je bijvoorbeeld een arm heft en je doet dat met je volle aandacht, dan is de prana werkzaam. Prana is dus de extra component, die gepaard gaat met de adem.
UItwisseling van adem en prana
De adem is de verbinding tussen de individu en de kosmos of het universum. Het laat zich zien als een goot geheel. Wij maken er deel van uit, en wij worden daaraan herinnerd met iedere adembeweging opnieuw. Prana is heel subtiel en is overal aanwezig. Prana levert de energie.
De adem en de prana stromen door het lichaam. In de yogatraditie worden vijf pranastromen onderscheiden. De stromen hebben eigen kenmerken: zij gaan omlaag, omhoog, assimileren, circuleren door het geheel en trekken samen. In de beoefening van yoga maken wij gebruik van deze kennis bij het uitvoeren van de houdingen, asana's, alsook met ademtechnieken, pranayama'. Pranayama betekent letterlijk het rekken van de adem. Dit heeft vooral betrekking op ademtechnieken waarbij pauzes tussen in en uitademingen worden ingelast en op het filtreren van de ademstroom, ujjayyi.
Pilar in het systeem van yoga
Adem en prana zijn pilaren in het systeem van yoga. Je voert de bewegingen uit met inachtneming van de adem. Zoals eerder betoogd worden de bewegingen "bezield", zij onderstrepen, dat je leeft, en laten je stralen. Ook dat is een manifestatie van prana.